De verhuurder is verantwoordelijk voor het isoleren, energiezuiniger maken en verduurzamen van de woning. Maar zelf kun je ook iets doen.

Gedrag en kleine maatregelen

• Verwarm alleen de kamer waar je bent.
• Doe deuren achter je dicht.
• Trek een warme trui aan en pak er een lekker kleed bij.
• Doe ’s avonds de gordijnen dicht, maar zorg dat ze niet voor de verwarming hangen.
• Zet de verwarming ’s nachts en als je niet thuis bent op 15°C. 
• Kleine verbeteringen die je zelf kunt aanbrengen zijn: radiatorfolie, radiator-boosters (ventilatoren), tochtstrips, een brievenbusborstel, isolerend folie voor de ramen, een waterbesparende douchekop en zelfs een losse douche-wtw (lees hier wat een douche-wtw is).

Vaak kun je met een paar slimme aanpassingen in huis al veel energie en dus geld besparen. Wil je meer bespaartips? Kijk dan verder op onze overzichtspagina ‘Makkelijk besparen’.

Samen met verhuurder

Grote energiebesparende maatregelen kun je meestal niet op eigen houtje uitvoeren. Je mag bijvoorbeeld niet zomaar zonnepanelen op het dak zetten, het glas vervangen of het dak isoleren. De verhuurder moet het ook een goed plan vinden. Hoe pak je dat aan? Neem contact op met je verhuurder over wat er mogelijk is. De Woonbond biedt veel informatie, een energieteam dat je kan helpen, een stappenplan om samen met je buren op te trekken en een voorbeeldbrief om een verzoek te doen.  

Energielabel

Als je gaat verhuizen naar een huurwoning, heb je recht op een energielabel van de verhuurder. Daar wordt naar gekeken voor de huurpunten. Meer informatie over het energielabel vind je op Milieu Centraal.